De BMS_w008 melding wijst op een onderbreking in de HVIL-beveiligingslus van het accupakket. Hierdoor kan de auto niet meer laden of starten. De storing ontstaat vaak door een slecht contact of defecte connector in het hoogspanningssysteem.

De BMS_w017 melding geeft aan dat een brick in het accupakket een te hoge celspanning heeft. Dit kan leiden tot vermogensverlies of het volledig uitschakelen van de auto. De storing vereist directe aandacht om schade aan de batterij te voorkomen.

De BMS_w018 melding geeft aan dat een brick in het accupakket een te lage celspanning heeft. Dit kan ervoor zorgen dat de auto niet meer kan rijden of laden. De oorzaak ligt vaak bij versleten of defecte cellen.

De BMS_w027 melding geeft aan dat er herhaaldelijk isolatieverlies is gedetecteerd tijdens het rijden. Dit wijst op een mogelijke lekstroom of kortsluiting in het hoogspanningssysteem. De auto zal niet meer starten totdat de fout handmatig wordt gereset.

De BMS_w035 melding duidt op onvoldoende isolatie in het accupakket terwijl de hoofdrelais gesloten zijn. Dit kan leiden tot het niet kunnen rijden of laden. Vaak is er sprake van vocht, lekkage of een defecte hoogspanningscomponent.

De BMS_w050 melding betekent dat het BMS geen contact heeft met een van de battery monitoring boards (BMB). Hierdoor ontbreken belangrijke spannings- of temperatuursignalen, wat kan voorkomen dat de auto nog start of laadt.

De BMS_w086 melding betekent dat het voorlaadproces niet veilig kan starten, waardoor de accurelais niet sluiten. Dit voorkomt dat de auto kan starten of laden. De oorzaak ligt vaak bij een storing in het hoogspanningscircuit of de precharge-componenten.

De BMS_w097 melding geeft aan dat een brick in het accupakket onder de minimale spanningsdrempel is gezakt. Dit kan leiden tot directe uitschakeling van het accupakket en verlies van rijvermogen. De storing vereist snelle diagnose om verdere schade te voorkomen.

De BMS_w123 melding geeft aan dat de isolatie in het hoogspanningssysteem te laag is wanneer de accurelais openstaan. Dit kan ervoor zorgen dat de auto niet meer kan starten of laden. De storing wijst vaak op een isolatieprobleem dat snel moet worden verholpen.

De BMS_w129 melding geeft aan dat er een probleem is met de connector van het spanningssensor kabeltje op de batterijbewakingskaart. De auto rijdt nog normaal, maar als de storing verergert kan opladen en rijden onmogelijk worden. Controle en reparatie zijn aanbevolen om verdere problemen te voorkomen.

De BMS_w137 melding geeft aan dat een brick in het accupakket te ver is ontladen. Dit kan ervoor zorgen dat de auto niet meer kan rijden of laden. Tijdige controle is nodig om blijvende batterijschade te voorkomen.

De BMS_w150 melding geeft aan dat het voorlaadproces te lang duurt en de accurelais daardoor niet sluiten. Dit kan voorkomen dat de auto start of laadt. Vaak wijst dit op een probleem in het hoogspanningssysteem of de precharge-componenten.

De BMS_w151 melding geeft aan dat de isolatie in het hoogspanningssysteem te laag is terwijl de accurelais gesloten zijn. Dit kan ervoor zorgen dat de auto niet meer start of laadt. Het probleem vereist snelle controle en reparatie.

De BMS_w158 melding waarschuwt voor lage isolatie in het hoogspanningssysteem terwijl de accurelais gesloten zijn. Dit is een vroegtijdige waarschuwing om problemen te voorkomen voordat de auto niet meer kan rijden. Het signaal wordt vooral voor logging gebruikt en vereist monitoring.

De BMS_w172 melding geeft aan dat er tijdens meerdere ritten lage isolatiewaarden zijn gemeten in het hoogspanningssysteem. Dit signaal waarschuwt voor mogelijke problemen, maar voorkomt nog niet direct het starten van de auto. Service is wel aanbevolen om verdere schade te voorkomen.

De BMS_u008 melding zet de auto in ‘limp mode’ om schade aan het hoogspanningssysteem te voorkomen. Hierdoor wordt de acceleratie en topsnelheid beperkt, en werkt regeneratief remmen minder. De normale prestaties kunnen herstellen bij een volgende rit als de storing verdwijnt.

De BMS_u016 melding betekent dat het BMS een extra isolatiecontrole uitvoert voordat de accurelais sluiten. Hierdoor kan het starten iets vertragen, maar dit zorgt voor extra veiligheid in het hoogspanningssysteem. Zodra de controle geslaagd is, sluit het systeem de contactoren.

De BMS_u018 melding geeft aan dat er een sterke spanningsongelijkheid is tussen de batterijcellen. Hierdoor wordt het maximale laadniveau beperkt tot ongeveer 50% om schade te voorkomen. De auto kan nog rijden, maar onderhoud wordt aanbevolen.

De BMS_u025 melding geeft aan dat het BMS het maximale voltage van een batterijbrick heeft verlaagd vanwege slijtage. Dit is een informatiebericht en betekent dat de accu ouder wordt, maar de auto blijft functioneren.

De BMS_u029 melding betekent dat het BMS het maximale laadniveau van de batterij beperkt tot ongeveer 50% vanwege een interne conditie in het accupakket. Dit kan leiden tot een verminderd rijbereik en het is aan te raden om de auto te laten controleren.